“Het classificatiesysteem van Nederland biedt niet meteen een oplossing voor het probleem van de schijndagbladhandels die eveneens weddenschappen aanbieden”, zegt Marjolein De Paepe, communicatieverantwoordelijke bij de Kansspelcommissie. “Het probleem zit immers niet in het onderscheid tussen een zogenaamde speciaalzaak en een tabakswinkel omdat ze allebei pers verkopen. De schijndagbladhandels in België komen voor in beide categorieën. Daarom is het belangrijk om de verkoop van een minimaal aantal persartikels te combineren met andere verplichtingen die tot doel hebben om het aanbod van weddenschappen te beperken tot een nevenactiviteit. Zo wordt het aantal zelfbedieningsterminals beperkt en zal het aanbod van weddenschappen beperkt worden in de tijd.”
“Het is belangrijk en noodzakelijk dat de inwerkingtreding van de nieuwe wettelijke bepalingen snel gevolgd wordt door een specifiek uitvoeringsbesluit zodat de Kansspelcommissie reeds kan optreden bij het behandelen van een aanvraag tot vergunning en dus een vergunning kan weigeren. Momenteel kan zij niet anders dan zich te beperken tot het minimum bij de aanvraag van een vergunning, namelijk het opvragen van een bewijs van verkoop van actuele pers, en heeft zij daarnaast enkel de bevoegdheid om via controle en sanctie op te treden nadat een krantenwinkel reeds is geopend en zij vaststelt dat het in feite geen echte krantenwinkel betreft. Dit is uiteraard geen ideale situatie.”
“Vanuit het perspectief van de kansspelen vind ik het belangrijk dat een handelaar niet gestraft wordt voor zijn keuze als ondernemer, want die wordt meestal gemaakt ‘uit noodzaak’ en is integer”, opent Joris Petillion, Business Development Northern Europe bij Stanleybet. “Net zoals de aarde niet het centrum van het universum is, is pers geen product van de toekomst meer. Dat moeten we durven te erkennen, zonder van ketterij beschuldigd te worden. Ik kom vaak in winkels die evolueren van een persspeciaalzaak naar een niet-gespecialiseerde perswinkel. Winkels die bijvoorbeeld eerst succes boekten met gespecialiseerde dranken en nu blij zijn dat de sportweddenschappen goed draaien. Je kan hen geen ongelijk geven en waarom we zou die uitbaters het leven moeilijk willen maken? Deze evolutie komt er uit noodzaak.”
“Vanuit gezond ondernemerschap kan je perswinkels die hun zaak nieuw leven willen inblazen geen product als pers met dalende verkoop en lage marges door de strot rammen. Vanwaar de fetisj rond pers? Idem dito voor de dreigende maximale openingsuren voor kansspelen in de perswinkels: de omzet met weddenschappen wordt na 20u gemaakt. Dit heeft te maken met de sterke groei en populariteit van live betting en de belangrijke toernooien vinden na 20u plaats. Waarom zou een al dan niet gespecialiseerde perswinkel hiervan niet mogen genieten? Willen we echt niet dat een al dan niet gespecialiseerde perswinkel winst maakt, is dat de betrachting? De “persspeciaalzaak” als zaligmakend model zien voor kansspelen, omdat pers historisch (inmiddels al 10 jaar terug) gekoppeld werd aan kansspelen, zal de levensvatbaarheid van persdistributie en kansspelen op middellange termijn ernstig schaden.”
“De niet-gespecialiseerde perswinkel als maatstaf nemen als kanaal om weddenschappen aan te bieden kan nog door de beugel volgens mij, omdat dit wellicht een evolutie is die zich nu volop aan het voltrekken is en vrij lang zal standhouden. Maar dan zonder de beperkingen die het weer onaantrekkelijk maken, zoals aanbod weddenschappen/opening tot 8u ‘s avonds.”
“Als we kijken naar de belangrijkste elementen, dan kan ik me vinden in de meeste zaken die de Kansspelcommissie op dit vlak voorstelt”, reageert Tom Vermeirsch, Chief Commercial Officer bij AMP. “We kunnen een viertal elementen onderscheiden die in zo’n systeem zeker zouden moeten worden opgenomen. Een eerste is een pluriform aanbod van perstitels: dagbladen en magazines. Een grens van 120 titels lijkt me een realistisch aanbod. Ten tweede zou ook de visibiliteit van de pers moeten toegevoegd worden. Ik zou hier voorstellen om circa 25% van de oppervlakte voor pers te voorzien. Het is niet de bedoeling dat de pers in het magazijn blijft staan.”
“Daarnaast zijn inderdaad ook de openingsuren essentieel. Een dagbladwinkel die pas om 10u ‘s ochtends zou openen, zal niet veel kranten meer verkopen. Tot slot lijkt het me belangrijk dat alle regio’s een uniform systeem krijgen. In Vlaanderen, Brussel en Wallonië moeten dezelfde criteria van toepassing zijn.”
“Het systeem van doorleveringen en ook de initiatieven van de Franstalige uitgevers zorgen voor een oncontroleerbaar systeem. Bovendien zijn beide systeem niet performant genoeg wegens te weinig titels en geen nationale dekking.”
“Wij merken de laatste jaren dat de aanvragen voor persverkoop zich niet langer beperken tot de netwerken van krantenwinkels, food retailers of petrols”, beaamt Steve Desmet, Sales Manager Losse Verkoop bij DPG Media. “Aanvragen van bakkers, tabakszaken, dag- of nachtwinkels, ... zijn geen uitzondering meer. Vanuit die evolutie zijn wij voorstander van het idee om een duidelijker classificatiesysteem te ontwikkelen betreffende persverkooppunten.”
“Zonder zelf al een classificatie voor ogen te hebben, benadrukken wij graag dat food retailers, petrols en boekenwinkels voor ons belangrijke netwerken zijn en blijven. De derde pijler, zijnde de krantenwinkels, vormen vandaag nog steeds de grootste bron van inkomsten qua losse verkoop. Het doorleveringsnetwerk, met ondertussen meer dan 450 verkooppunten van diverse aard, wordt structureel aangeleverd vanuit die persverkooppunten. DPG Media zal al deze kanalen, welke de classificatie ook mag worden, steeds als belangrijke partners blijven aanzien.”
“Wat betreft de gokkantoren: de aanvragen voor pers kaderen vaak in het verkrijgen van de nodige vergunningen en niet zozeer om pers te kunnen aanbieden. Wij zien dat de losse verkoop hier niet zo goed werkt. Zodoende is dit kanaal voor ons minder interessant.”